De expositie Engelse verfdoos: een omarming, waarvoor wij op deze site eerder al aandacht vroegen, is een feest voor de zinnen (in beide betekenissen). De openingslezing van Ben van Melick, die wij afgelopen week ook op deze site plaatsten, vergrootte het enthousiasme om ook daadwerkelijk te gaan kijken.
Wilt u de tentoonstelling nog zien in de Nieuwe Galerij in Heerlen, wees er dan snel bij, want zondag a.s. sluiten de deuren. Het is nog onbekend of de foto’s ook nog in Maastricht worden tentoongesteld. Naar de mening van de Pierre Kemp Stichting zou dat toch wel passend zijn voor Maastrichts grootste dichter, dus hopelijk gaat dat nog lukken.
Door omstandigheden kon ondergetekende pas afgelopen week de tentoonstelling bezoeken, en ik werd niet teleurgesteld. Veel van de foto’s hebben op zichzelf al iets fascinerends, waardoor je als kijker ertoe aangetrokken wordt. De verschillende fotografen hebben ook diverse (collage)technieken gebruikt bij het tot stand brengen van het eindresultaat, sommige wel en anderen niet gebruik makend van digitale (na)bewerkingen.
Nog fascinerender wordt het als je elke foto in samenhang met bijbehorende gedicht bekijkt. Je gaat er de gedichten van Kemp met frisse blik door lezen, soms ook anders, maar in elk geval aandachtiger. Ook de toelichting van de fotografen, telkens geplaatst onder de foto, vond ik boeiend. Veel van de fotografen motiveren daar ook hun keuzes: het hoe en waarom van specifieke visualisaties, gebruikte middelen, maar soms ook de verbinding met eigen leven en obsessies.
Niks ten koste van de andere foto’s en fotografen (of de betreffende gedichten van Kemp), maar vier combinaties sprongen er voor mij bijzonder uit, troffen mij het meest. Deze hebben we, samen met gedicht en toelichting, hier ook geplaatst (u kunt de afbeeldingen vergroten door erop te klikken).
Tot die 4 foto’s behoort ook het door Van Melick zo enthousiast en uitgebreid besproken Cerise. In gedicht en foto tonen de makers zich in al hun kwetsbaarheid, en ik zou bijna zeggen naaktheid, maar daarvoor zijn de (erotische) toespelingen toch net te subtiel. Beide, foto en gedicht, tonen de ouderdom die enigszins jaloers kan zijn op de relatief onbevangen zinnelijkheid van de jeugd.
Het blijft een fascinerend gedicht, met zijn eigen bedachte woorden als “donkerbeeldje”, “gespannenhuids”, “koelvoelend” en “helder-rond”. Het herfstige stadspark op de foto, met name de achtergrond met de helle zon, die er gek genoeg een koude, donkere uitstraling aan geeft: een donkerbeeldje.
Gaat dat zien! Gaat dat zien! En lees nog eens een gedicht van Pierre Kemp.
Onderstaande tekst bevat de onverkorte lezing door Ben van Melick bij gelegenheid van de opening op 15 maart 2025 van de tentoonstelling Engelse verfdoos, een fotografische omarming van Fotoclub Zuyderlicht in de Nieuwe Galerij te Heerlen.
Pierre Kemp. Geboren, getogen en een leven lang wonend in Maastricht. Een verdict!
In zijn tijd, pakweg de eerste helft van de twintigste eeuw, een stad stijf van de stands- en klasseverschillen, een ondoordringbaar kleinburgerlijk bolwerk met een ingebeelde hoge beschaving en rigide veruiterlijkt rooms-katholicisme. Als beambte werkte Kemp in de even stijf beregelde nieuwe steenkolen-industrie in de Mijnstreek, en als echtgenoot zat hij gevangen in een even droog als stijf georganiseerd liefdes- en gezinsleven.
Ben van Melick over Engelse verfdoos – Foto: Meike Bouckaert – van der Ent
Een leven in kluisters, waar je je alleen aan kon onttrekken door te vertrekken of te ontsnappen in de fantasie, de verbeelding. Voor een intelligente, gevoelige man, zintuigelijk waarnemer met ongebreidelde fantasieën en verbeeldingen, voor zo’n man is het een kwestie van overleven, de vlucht in de kunst, de muziek, de literatuur, de poëzie in het bijzonder. Zo’n kunstenaar bevrijdt zich, tovert zich een andere wereld voor ogen.
Fotoclub Zuyderlicht heeft haar leden verbeeldingen laten maken van teksten van Pierre Kemp. In maart 2025 exposeert de fotoclub met 22 van deze verbeeldingen gebaseerd op gedichten uit Kemps bundel Engelse verfdoos (1956). Als bestuur van de Pierre Kemp Stichting zijn wij natuurlijk verguld met deze speciale aandacht.
De tentoonstelling is van 16 tot en met 30 maart 2025 in De Nieuwe Galerij in Heerlen. Alle verdere informatie hierover vindt u in onderstaand bijgesloten persbericht van FC Zuyderlicht.
In 2024 is de collectie ‘Pierre Kemp’ van de Universiteitsbibliotheek Maastricht uitgebreid met brieven en handschriften van de dichter. Deze waardevolle documenten zijn afkomstig van mevrouw R. Jeuken-Spierts uit Heerlen, die ze met veel bereidheid heeft afgestaan aan de Pierre Kemp Stichting. Dankzij de tussenkomst van de Stichting konden deze stukken aan de collectie worden toegevoegd.
Naast het beheren van de copyrights op het werk van Pierre Kemp, heeft de Stichting in 2024 ook haar medewerking verleend aan twee externe initiatieven rondom Kemps bundel Engelse verfdoos. Een van deze projecten is inmiddels afgerond en zal in 2025 resulteren in een foto-expositie in Heerlen.
Uitgegeven en van een inleiding voorzien door Wiel Kusters. Met een terugblik door Adriaan de Roover ISBN 9789077503492, paperback, 15 x 25 cm, 272 pagina’s, € 9,99
MAANDAG 28 AUGUSTUS 2023 VALT IN HEERLEN, TIJDENS HET FESTIVAL CULTURA NOVA, DE PREMIÈRE TE BELEVEN VAN:
Ik ben twee ogen; een avondstuk over Pierre Kemp voor drie stemmen en klein orkest
Scenariste Ine Sijben schreef op verzoek van de Pierre Kemp Stichting de onderstaande bijdrage over voorgeschiedenis en totstandkoming van deze bijzondere literair-muzikale productie.
INE SIJBEN
‘Een trein vertrekt. Een gewone alledaagse trein vertrekt uit het station van Maastricht. Een hele ambtelijke carrière lang is een man uit Maastricht met zo’n doordeweekse trein op en neer gereisd naar Eygelshoven, waar hij werkte op de loonadministratie van de mijn Laura.’
Met deze woorden begint de korte film over Pierre Kemp, Spelen in het donkeruit 1967, het jaar van Kemps dood. De commentaarteksten waren geschreven door Fred van Leeuwen, radiomaker en directeur van de Regionale Omroep Zuid, de voorloper van L1 radio & tv. Zo’n dertig jaar later trof kunstredacteur Hans Op de Coul de tekst aan in het archief van de omroep en gebruikte hem voor het hoofdstuk ‘Pierre Kemp’ in het boek Maar er is meer… Poëzie van Limburg in de twintigste eeuw uit 1999, auteurs Hans Op de Coul, Ben van Melick en Ine Sijben.
Het was mei van dit jaar dat Ben van Melick me vroeg of ik niet ‘iets kon verzinnen’ voor de themadag over Kemp tijdens het internationale cultuurfestival Cultura Nova, dat jaarlijks in augustus in Heerlen en omgeving plaatsvindt. De tijd drong, ik ben geen Kempkenner en Hans Op de Coul is door zijn handicap niet meer in staat tot iets dergelijks, dus pakte ik zijn hoofdstuk erbij. Ik las de slotwoorden van Van Leeuwens tekst, een hommage van Kemp aan zijn grootste inspiratiebron, de zon: …‘zonder wie wij niets zijn, want mijn dichtwerk is niets anders dan haar werk. Even oud en even jong.’ ‘Wie is deze dichter?’, vraagt Van Leeuwen zich af. Kemp: ‘Ik ben twee ogen’.
Hans had een origineel hoofdstuk geschreven, met fragmenten van Kemps – soms buitengewoon – lange gedichten, die een stuk onbekender zijn dan zijn kleengedichtjes. Hij citeert uit het apocalyptische en messiaanse ‘Oorlogspraeludium’ uit 1914 (Kemp achtte zich in die tijd een Dante of Petrarca), en uit ‘Pacific 1946’ waarin de kleine Pierre zich verliest in zijn alter ego, de machinist van de beroemde stoomlocomotief Pacific 2-3-1 en ondanks zijn imponerende jongetjesgedrag zijn eerste liefdeskater oploopt bij een vriendinnetje dat niet langer mee wil spelen. Ook in het hoofdstuk het gedicht ‘De Namiddag van een stille katholiek’, een barok, broeierig en zeer weinig katholiek epos waarin Kemp zichzelf de hoofdrol had toebedeeld van voyeuristisch zwart saterbeest. Ik las het ijzingwekkende prozagedicht ‘Als bloemen’ waarin twee tot elkaar veroordeelde echtelieden ‘als bloemen, die elkanders adem niet kunnen verdragen zich zo nijgen, dat de ene de andere de zon doet missen’.
Ik nam de Kempbiografie van Wiel Kusters door, verzamelde citaten en confisceerde het motto ervan: ‘Ik wil naar Al dat Andere, dat wat niemand hier ziet’, om dat als opmaat te gebruiken voor de finale van de voorstelling, als Kemp ‘door de rose glazen van mijn bril’ afscheid neemt van ‘heel het mensenspel’ met het gedicht Rose Madder. (Dat dit gedicht ook het laatste bleek te zijn van de film’ Spelen in het donker’, daar kwam ik pas later achter. Soms blijken keuzes wel erg voor de hand te liggen…)
En zo ontstond het verhaal van de Zwarte Man in de trein, die in gesprek raakt met een reisgenoot. Een onzichtbare vrouwenstem levert al declamerend en zingend vanuit haar hoekje in de coupé – vermoedelijk ergens op een hoedenplank – gevraagd en ongevraagd commentaar. Ik hoefde weinig te doen om Kemps aandeel in de conversatie te bedenken: hij spreekt in citaten van zichzelf. Hij pocht over zijn dichterschap, staart uit het treinraam en droomt van koempels, vogels en vooral van vrouwen, het vrouwendom dat hem fascineert én tergt (‘vals, tot diep in de hals’), hij provoceert, zondigt tegen elke vorm van logica en toont alle begrip voor degenen die hem totaal onberekenbaar zullen vinden. De verblufte reisgenoot en de vrouwelijke medepassagier op de hoedenplank kunnen weinig meer doen dan pogen deze begenadigde dwaas te begrijpen, om zich uiteindelijk mee te laten slepen in de uitbundige gekte van een tomeloze levensaanbidder.
Marc Huynen, trompettist en altijd in voor een experiment, vanaf het begin betrokken bij het project, gaat de concrete muziek leveren bij de klanken die ik hoor in mijn hoofd, en dat zijn er heel wat. Van oorlogszuchtige ketelmuziek tot teer gitaargefluister, van lome sensuele swing tot het geluid van de Maasoever op een zomerse namiddag (hoe doe je dat?), van onheilspellend gebrom en kattengemiauw tot flarden fanfaremuziek in de verte, van funk waarop je wil dansen tot schaamteloos meeslepend gezang. Op het moment dat ik dit schrijf, een week voor de voorstelling, moeten de muzikanten nog ingevlogen worden. Ik ben benieuwd, wens ons veel succes.
Ine Sijben
‘Ik ben twee ogen’, maandag 28 augustus 21.00 uur. Bij goed weer op het grasveldje kruising Honigmannstraat / Promenade in Heerlen, anders in het leegstaande winkelpand op dezelfde hoogte.
Pierre Kemp: Arno Deckers Reisgenoot: Ben van Melick Voordracht en zang: Yvonne Simons Muziek: Marc Huynen trompet; Csaba Sekely gitaar; Werner Lauscher contrabas; Steffen Thormaelen percussie
Meer informatie betreffende de hommage aan Pierre Kemp, die verder onder meer bestaat uit voordrachten van de dichters Frans Budé en Merlijn Huntjens vindt u HIER.
Pierre Kemp blijft verrassen. Nu dook hij plotseling op in Eindhoven, waar iemand met gevoel voor cultureel erfgoed en een prijzenswaardig besef van verantwoordelijkheid een exemplaar van Kemps tweede gedichtenbundel, De bruid der onbekende zee (Maastricht, 1918), aantrof in een doos met boeken bij een afvalcontainer. En niet zomaar een exemplaar. Het boek bevat tegenover de titelpagina een met de hand geschreven opdracht van de dichter aan een zekere Frederique Kox, gevolgd door een lyrische meditatie van ‘de ziel’ over de liefde.
Een grote, krachtig neergezette handtekening bekroont de dedicatietekst, die eindigt met de mededeling dat de ziel ‘het boek van haar verlangens en haar lijden’ wegschenkt ‘aan die het kunnen begrijpen en medevoelen, gelijk ik dit boek schenk aan U.’
De oplettende Eindhovenaar die deze bijzondere Kempbundel uit een doos met oude boeken naar boven haalde, nam contact op met de Pierre Kemp Stichting en droeg hem aan ons over, zodat hij deel kan gaan uitmaken van de Pierre Kemp Collectie van de Universiteitsbibliotheek in Maastricht.
Copyright tekst en foto: Pierre Kemp Stichting, Maastricht.
Wie Frederique Kox was, hebben wij nog niet weten te achterhalen. Dat zij gezocht moet worden in Maastricht lijkt voorlopig het aannemelijkst. Een aanknopingspunt is misschien te vinden in de persoon van Fred. Kox, eigenaar van Ars et Fides, ‘Benedictijnse en Kerkelijke Kunsthandel’, gevestigd in de Hondstraat op nummer 2B (zie: https://www.geneaknowhow.net/script/dewit/tel1950/pdfs/deeltwee0351.pdf) Was deze Fred[erik], die in 1956 overleed, Frederiques (groot)vader? In de Stadsbibliotheek Maastricht wordt onder de titel Fred. Kox1956 een brochure bewaard met de tekst van een Duitstalig afscheidswoord, gesproken door de priester, leraar en gelegenheidsdichter R[ené] Klinkenbergh (1886-1973) uit Sittard, met het naschrift: ‘Worte, von R. Klinkenbergh dem Andenken des Fred. Kox, des Inhabers der Kunsthandlung ‘Artes et Fides’ nach dem Begräbnis am Tische gewidmet.’
Afgelopen jaar berichtten wij over ‘Die Donker’, een kleurrijke muziektheatervoorstelling, waarin twee gedichten van Pierre Kemp werden vertolkt, waaronder het mooie gedicht ‘Het licht is rond’.
Een registratie hiervan is te zien op Vimeo:
‘Die Donker’ is gemaakt door componist en schrijver Theo Hoek en regisseur Joos van Dooremalen. De voorstellingen waren in oktober 2022 in Lindenberg Cultuurhuis in Nijmegen.