Categorie archieven: Algemeen

Hommage aan Pierre Kemp in het Bonnefantenmuseum, 21 september 2017.

PIERRE KEMP-00

PIERRE KEMP-08

Donderdag  21 september,  precies vijftig en twee maanden na zijn sterfdag (21 juli 1967) jaar vond in het Bonnefantenmuseum Maastricht een feestelijke bijeenkomst plaats rond Pierre Kemp.

In het museum werd een tentoonstelling geopend van zijn vroege werken op papier: studies, schetsen en tekeningen, voornamelijk uit de jaren 1905-1913: De hand van Pierre Kemp.

Als publicatie bij deze expositie verscheen bij het museum een facsimile-uitgave van Kemps schetsboekje uit 1907, samen met een uitgebreide toelichting , geschreven door Wiel Kusters, die ook optrad als gastconservator van de tentoonstelling. Twee deeltjes in een cassette, te verkrijgen via de webshop van het Bonnefantenmuseum.

PIERRE KEMP-07

Tijdens de opening van de tentoonstelling werd ook  gepresenteerd: Het regent  in de trompetten. De  mooiste gedichten van Pierre Kemp, gekozen door Wiel Kusters en Ingrid Wijk, een uitgave van Vantilt, Nijmegen.

omslag Het regent in de trompetten

Aan het begin van de presentatie sprak Stijn Huijts, directeur van het Bonnefantenmuseum, over het belang van Kemps teken- en schilderkunstige werk voor de  Limburgcollectie van het museum en over de wijze waarop het tonen van dit oeuvre past in het beleid van het museum om zich in haar programmering ook te oriënteren op de ‘verborgen canon’

De burgemeester van Maastricht, die de tentoonstelling officieel opende,  maakte in haar toespraak bekend dat het gemeentebestuur had besloten,  een gedeelte van het door Pierre Kemp zo beminde Stadspark te herdopen tot: Pierre Kemppark.

Het gaat om het deel van het stadspark, dat nu nog Kempland heet. Die naam was gebaseerd op een gedicht van Pierre Kemp, dat gaat over Kempland op Antarctica (‘Woede over een aardbol zonder Kempland’). De gemeente Maastricht vindt de naam Kempland in onvoldoende mate recht doen aan de betekenis van de persoon Pierre Kemp en zijn rijke artistieke nalatenschap. In overleg met de Stichting Pierre Kemp is besloten het park te herbenoemen tot Pierre Kemppark.
Het Pierre Kemppark is het deel van het stadspark tussen de Sint Pieterskade en de Maasboulevard, rondom de vijver De Vijf Koppen. Binnenkort zal het met naamborden worden gemarkeerd.

PIERRE KEMP-10

Klik hier voor een  fotoreportage van de feestelijke opening en presentatie.

Foto’s: Frits Widdershoven, Maastricht / Chapeau Magazine

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmailby feather

24 september 2017: Pierre Kemp-wandeling

ill PK wandeling

Dit jaar is het 50 jaar geleden dat de dichter Pierre Kemp (1886-1967) is overleden.

Het Bonnefantenmuseum eert hem met een tentoonstelling (22 september 2017 – 7 januari 2018) en er verschijnt een nieuwe bloemlezing van zijn mooiste gedichten Het regent in de trompetten.

Ook de VLAM (Vereniging Literaire Activiteiten Maastricht) wil hem gedenken. Wilt u meer weten over deze Maastrichtse dichter, loop dan mee met Jet van Aalst langs de plekken die met zijn leven verbonden zijn. Zij vertelt over zijn bijzondere en toch heel gewone leven en ze laat zijn sprankelende gedichten leven.

Zondag 24 september 11.00-13.00 uur.

Aanmelden en reserveren bij: info@vlammaastricht.nl

Deelname: 5 euro, inclusief wandelbrochure “Pierre Kemp. Nobel oud kind”.

Startpunt van de wandeling: Centre Céramique, ingang Plein 1992.

 

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmailby feather

Pierre Kemp en Chr.J. van Geel

Onder de vele kladjes en poëtische aanzetten die Pierre Kemp heeft nagelaten bevindt zich deze tekst:

Dichter van Geel

wijdt mij een donker Rood,

te ondoorschijnend voor jonge vrouwenbenen,

te zeer al iets overschaduwd met

een mengsel

mercurochrome gemengd met jood (jodium)

Hij meent het prima, niet om mij te foppen,

maar Heer van Geel, vlak voor mijn dood,

dit is mijn rood[:] echt zon-doorschenen

en dan vol lentezieke witte noppen.

Collectie Wiel Kusters

Collectie Wiel Kusters

De genoemde Van Geel was Chr. J. van Geel (1917-1974), dichter van Spinroc en andere verzen (1958). De dichter en tekenaar Chris van Geel had in gezelschap van de in Maastricht geboren vertaalster Thérèse Cornips (1926-2016), met wie hij samenwoonde in het Noord-Hollandse Groet, vroeg in de jaren zestig een bezoekje gebracht aan Pierre Kemp. (Spinroc uit de titel van zijn eerste bundel is een palindroom van Cornips.) Bij die gelegenheid had Kemp tegen Van Geel gezegd – naar Thérèse Cornips mij een jaar of tien geleden vertelde: ‘U kunt zich gelukkig prijzen dat u altijd iets van Maastricht bij u heeft.’

Het hierboven weergegeven kladgedicht voor ‘Heer van Geel’ is niet gedateerd, maar Kemp reageert erin op een kaartje dat hem op 28 februari 1963 werd toegezonden uit Groet. Van Geel had er een stukje rood glanspapier op geplakt, in een kader van viltstiftinkt, en daarbij geschreven: ‘Dit rood / dacht ik / is rood voor U. / hartelijke groeten / van Geel’.

Collectie RHCL, Archief Pierre Kemp, Maastricht. Foto: Wiel Kusters
Collectie RHCL, Archief Pierre Kemp, Maastricht
Foto: Wiel Kusters

Kemp antwoordde, waarschijnlijk met een nette versie van het kladgedicht, op 7 maart, zoals hij noteerde op Van Geels enveloppe: ‘Rp. 7.3.-63’ (Rp. = Répondu).

Dat Van Geel zich in de ware aard van het door Kemp beminde rood had vergist, blijkt uit het antwoord van de Maastrichtse dichter. ‘Zijn’ rood moest ‘zon-doorschenen’ zijn en liefst zichtbaar in de vorm van vrouwelijk textiel met ‘lentezieke witte noppen’. Aan het rood waarvan Van Geel hem een staaltje stuurde, ontbrak de erotiserende touch.

Al op 7 juni 1957 had Kemp in het gedicht ‘Donkerrood uit 1910’ zijn voorkeur voor ‘licht vermiljoen met witte noppen’ uitgesproken.

Donkerrood uit 1910

Vanmorgen heb ik een jonge vrouw gezien,

gekleed in donkerrood uit negentien-tien.

Ik was toen haast vierentwintig jaar

en had meer haar.

Rood heeft zich nooit in mij vergist.

Nog altijd ben ik optimist,

maar eerlijk: ik zie de verse knoppen

liefst in licht vermiljoen met witte noppen.

(Uit: Vijf families en één poederblauw, 1958)

Veel meer over contacten tussen Pierre Kemp en Chr. J. van Geel is mij op dit moment niet bekend.

Aan Johan Polak schreef Van Geel op 22 december 1958, dat hij zich meer verwant voelde aan oudere dichters en schrijvers als Nescio en Kemp dan aan zijn generatiegenoten. En op 6 juli 1960 aan Jan Hanlo, die kennelijk een overeenkomst had gezien tussen het werk van Kemp en Van Geel, dat die zeker niet op ‘beïnvloeding’ berustte, ‘omdat ik nooit, vroeger noch nu, met zijn verzen “leefde”. K. spreekt mij, althans rechtstreeks, weinig aan, (maar nog altijd meer dan de meeste anderen). Sommige regels en fragmenten zijn echter zo goed dat ik er met de schaar een goede dichter van zou maken. Hetzelfde geldt voor mij voor Lucebert.’ (Geciteerd naar Chr. J. van Geel, Ik ben een onderling overzoenlijk ratjetoe. Een keuze uit zijn brieven. Ed. M. Keja en J. Veenbaas. Amsterdam, Uitgeverij Van Oorschot, 2012.)

 

 

 

 

 

 

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmailby feather

Feest voor Pierre Kemp, vijftig jaar na zijn dood

omslag Het regent in de trompetten

Morgen, vrijdag 21 juli 2017, is het vijftig jaar geleden dat PIERRE KEMP in Maastricht overleed.
 
Kemps Verzameld Werk (in 1976 uitgegeven door G.A. van Oorschot) is al geruime tijd niet meer verkrijgbaar.
Op 21 september aanstaande verschijnt bij Uitgeverij Vantilt een ruime bloemlezing uit zijn poëzie:
 
De mooiste gedichten van Pierre Kemp
gekozen door Wiel Kusters en Ingrid Wijk
 
De uitgever schrijft:
 
Een kleurrijker dichter dan Pierre Kemp (1886-1967) heeft Nederland niet gekend. Een miniaturist die iedere dag schreef en toch veel weg had van een zondagsdichter. Vanuit zijn Maastrichtse ‘dichterkluisje’ manoeuvreerde hij zijn vele kleurige, korte gedichten de boven-Moerdijkse dichtkunst binnen, waar ze met verwondering en sympathie werden onthaald.
Lezers schreven hem dat zijn gedichten hen gelukkig maakten. En dat vermogen hebben ze. Alledaagse belevenissen van zeer uiteenlopende aard worden door de sterk zintuiglijk ingestelde en met een groot talent voor verwondering gezegende dichter tegen het licht gehouden. Er is ernst en humor in zijn spel van vragen stellen en betekenis suggereren, maar ook een beminnelijke melancholie die zelden zwaar wordt.
 
Wiel Kusters en Ingrid Wijk maakten een bloemlezing uit Kemps werk, dat geruime tijd niet meer leverbaar is geweest. Zij kozen voor een thematische ordening van de gedichten, waardoor dit boek, in overeenstemming met een oude wens van de dichter, tot een soort brevier voor het dagelijks leven kan worden. Er zijn gedichten over het verlangen, de vrouw, licht en kleuren, klank en muziek, planten en dieren, nacht en dromen, stad en land, ouderdom en dood, maar ook over kind zijn op latere leeftijd.
ca. 176 p. | paperback | 13 x 21 cm
vormgeving Marc Vleugels
€ 19,95
 
MAAR ER IS MEER!

Ook het Bonnefantenmuseum Maastricht laat zich niet onbetuigd en fêteert Pierre Kemp vanaf 22 september met een tentoonstelling:

DE HAND VAN PIERRE KEMP
Studies, schetsen, werken op papier

In zijn zojuist verschenen Nieuwsbrief schrijft het museum:

Pierre Kemp was ook een begenadigd tekenaar en schilder. Vanaf 22 september toont het Bonnefantenmuseum voor het eerst Kemps werken op papier, merendeels schetsen en studies, die dateren uit de jaren 1905 tot en met 1913.

Een bijzonder onderdeel van de tentoonstelling is het drietal schetsboekjes dat bewaard is gebleven uit 1906–1907. 
Een van de boekjes wordt als facsimile uitgegeven, met een uitgebreide toelichting door Wiel Kusters, die ook optreedt als gastconservator van de tentoonstelling.

[#Beginning of Shooting Data Section] Image Size:L (7360 x 4912), FX 2017/06/27 13:22:37.38 Time Zone and Date:UTC+1, DST:OFF Lossless Compressed RAW (14-bit) Artist:Peter Cox Eindhoven NL Copyright:naamsvermelding verplicht Nikon D810 Lens:VR 105mm f/2.8G Focal Length:105mm Focus Mode:AF-S AF-Area Mode:Auto VR:OFF AF Fine Tune:OFF Aperture:f/9 Shutter Speed:1/125s Exposure Mode:Manual Exposure Comp.:0EV Exposure Tuning: Metering:Center-Weighted ISO Sensitivity:ISO 64 Device: White Balance:Auto1, 0, 0 Color Space:Adobe RGB High ISO NR:OFF Long Exposure NR:OFF Active D-Lighting:OFF Vignette Control:OFF Auto Distortion Control:OFF Picture Control:[NL] NEUTRAL Base:[NL] NEUTRAL Quick Adjust:- Sharpening:2.00 Clarity:0.00 Contrast:0.00 Brightness:0.00 Saturation:0.00 Hue:0.00 Filter Effects: Toning: Optimize Image: Color Mode: Tone Comp.: Hue Adjustment: Saturation: Sharpening: Latitude: Longitude: Altitude: Altitude Reference: Heading: UTC: Map Datum: [#End of Shooting Data Section]
Pierre Kemp, ‘Figuurstudie slapende man’ (papier, krijt), 29 x 22,6 cm, 1913. Collectie Bonnefantenmuseum.
 
 
Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmailby feather

Besmettelijk dichter

Pierre Kemp is een besmettelijke dichter. Wie hem gelezen heeft, ziet zich in het dagelijks leven soms geplaatst in situaties of tegenover verschijnselen waarvan Kemp gemakkelijk een gedicht had kunnen maken.

Zo zag ik gisteren bij Albert Heyn op Plein 1992 in Maastricht een jongen die aan een molentje met prentbriefkaarten draaide.

Ik schreef toen dit ‘Kemp-gedicht’:

GELUKKIGE KINDERHAND

Een jongen draait de kaartenmolen rond
en ziet de kleuren uit elkaar verschijnen.
Of hij nieuwe dromen er al vond,
of zag hij hier de wereld soms, de echte?
Hij zocht zeker niet een schrijfkant met haar lijnen,
want waar hij gretig nog het meest aan hechtte,
was niet de foto, niet de tekening,
maar het pure draaien van de kaarten,
als op een gebakplateau
de wenteling van taarten.
Zonder verzekering.
Alleen wie al gelukkig is, zoekt zó.

ter herinnering aan Pierre Kemp
in de maand juli 2017,
vijftig jaar na Kemps sterfdag

 

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmailby feather

Lof van het bed. Een boek en een gedicht voor Mya Maas-Brennenraedts

lob des bettes (1)

Sinds 24 oktober 1956 lag Pierre Kemps penvriendin Mya Brennenraedts (als dichteres later vooral bekend als Mya Maas) in het Academisch Ziekenhuis Leiden, waar zij een week later een medische ingreep zou ondergaan.
Mya was de inspiratrice van Kemps in 1954 gereedgekomen Petite suite pour Marguérite (Verzameld werk, I, 305-315).
Tot de vele voor de dichter interessante aspecten van deze muze behoorde dat zij paardreed.

Vanaf haar ziekenhuisbed schreef Mya Maas, die gehuwd was met de dichter en journalist Loe Maas (pseudoniem van Leo Snackers), op 29 oktober naar de Turennestraat in Maastricht:

Hallo dichter!

[…]

Ik stuur u mijn adres, dan kunt u mij een “opkikkertje” sturen, in de vorm van een geestige brief. Een echte ouderwetse lange brief, want het valt niet mee om hier zo lang te moeten liggen, soms heb ik al echt heimwee […].

De dag vóór ik naar Leiden kwam heb ik nog een rit gemaakt door het park. Het was de mooiste dag die ik ooit beleefd heb in het park. Geen wind, de zon scheen warm. De kleuren van de bomen en de struiken waren machtig! Als je naar boven keek, één strakke blauw hemel. Geen enkel mens die de voormiddagstilte verstoorde. Het grint knerpte onder de paardehoeven, en ik reed met een hartstocht, of het m’n láátste rit zou zijn. Misschien was dat ook wel zo. In elk geval zal ik er de eerste maanden niet meer van kunnen genieten.

Kemp schreef natuurlijk terug en stuurde Mya Brennenraedts ook een presentje: het door Hans Ohl samengestelde boek Lob des Bettes. Eine klinophile Anthologie. Mit vielen Bett-Geschichten und schönen Bett-Gedichten. Mit 26 Bildern von Raymond Peynet. ‘Im Bett zu lesen’. (Hamburg: Rowohlt, 1956).

Ik zend U geen bloemen, die vergaan,

maar deze Lof van het Bed, die blijft bestaan,

zo hebben wij dit meubel liefgekregen.

Slapen en dromen zijn verstandige zaken.

Over de Lof der Zotheid wordt dus gezwegen.

Hij heeft met het Bed niets te maken.

Die is er alleen, wanneer alles zo klaar

is als de mode van kleren en haar

in het licht van de Zon en openbaar.

Op 17 november bedankte Mya hem, waarbij ze meteen de gelegenheid te baat nam om de dichter, die veertien dagen later zeventig jaar zou worden, te feliciteren met de toekenning van de Constantijn Huygensprijs.

Het exemplaar van Lob des Bettes dat zij in Leiden ontving is onlangs weer opgedoken in de privécollectie van Ton Stille, antiquaar in Maastricht, die mij een foto stuurde – waarvoor dank! – van het stofomslag (getekend door Raymond Peynet, van wie Pierre Kemp zelf in zijn bibliotheek bewaarde: The Lovers’ Travelogue. Le Tour du monde des amoureux de Peynet. London: Perpetua, 1955) en van het opdrachtvers dat de dichter voorin had geschreven.[*]

Een inhoudelijke reactie op zijn boekcadeau heeft Kemp niet ontvangen. In december 1956 had een brandje gewoed in huize Snackers-Brennenraedts, waarbij wat tijdschriften en boeken verloren waren gegaan. Toen Pierre Kemp hiervan vernam, greep hij dit aan om toch maar eens naar Lob des Bettes te informeren. Op 2 januari 1957 schreef hij Mya een lange brief, waarin hij verslag deed van drukte en ongemak als gevolg van de (helaas) niet te vermijden viering van zijn kroonjaar op 1 december. Maar hij schreef ook:

Mijn klinophile anthologie is toch, hoop ik, niet verbrand? Daar zou ik bedroefd over moeten zijn, na mijn teleurstelling er om. Ik had gehoopt, dat U er zich gezond aan zoudt glimlachen en ik heb er practisch niets meer over gehoord. (Hier pinkt de ongelukkige gefêteerde een traan weg).

Een schriftelijke reactie heeft de dichter, voor zover bekend, ook hierop niet gehad.

Opdracht voor MM

 

[*] In Kemps boekerij, die bewaard wordt in de Universiteitsbibliotheek te Maastricht bevindt zich ook: Franz Karl Mathys (samensteller), Allerlei over bedden en slapen. Bazel: Hoffmann-La Roche, 1958.

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmailby feather